
48
De compressor is continu in
bedrijf.
Stel een hogere temperatuur in.
Controleer of de deur goed gesloten is en of
de isolatiestrip schoon en heel is.
De kast werkt niet. Er wordt
niet gekoeld of de kastlamp
brandt niet. Ook de indicators
branden niet.
De stekker zit niet goed in het stopcontact.
De zekering is doorgebrand.
De kast is niet in geschakeld.
Er is geen stroomtoevoer naar de kast. (Sluit
als test een ander elektrisch apparaat op het
stopcontact aan.)
De kast produceert te veel
geluid.
Het koelsysteem produceert altijd wat
bijgeluiden. Er is een stromend geluid
hoorbaar wanneer de koelvloeistof door het
koelsysteem wordt gepompt. Er is een
klikgeluid van de thermostaat hoorbaar
wanneer de compressor wordt in- of
uitgeschakeld. De geluidssterkte h an gt af van
de bedrijfsstatus van de kast.
Als u denkt dat de geluidssterkte niet goed is:
Verbuig de leidingen aan de achterzijde van
de kast voorzichtig, zodat ze n iet met elkaar
in aanraking komen.
Als de afstandskussens (tussen de kastwand
en de leidingen) losraken, zet u ze weer vast.
Voer de aanwijzingen van hoofdstuk "De
kast Installeren" zorgvuldig uit.
Stroomuitval Voorkom het onnodig openen van de
vrieskast, behalve als de stroomstoring
uitzonderlijk lan g duurt; in dit geval dient u de
levensmiddelen op te slaan in een vrieskast
die wel fu nctioneert. Als ingevroren
levensmiddelen nog hardbevroren zijn nadat
de stroomstoring is opgeheven, kunnen ze
onmiddellijk weer worden ingevroren. Als de
ingevroren levensmiddelen ontdooid zijn en
nog goed ruiken, moeten ze worden bereid
voordat ze worden geconsumeerd of
opnieuw ingevroren.
Comentarios a estos manuales