
96
Richtwaarden voor het koken met het fornuis
De gegevens in de volgende tabellen zijn
richtwaarden. Welke schakelaarstand voor
kookprocessen nodig is, hangt af van de kwaliteit
van de pannen en van de levensmiddelen (soort
en hoeveelheid) die u gebruikt.
1)
Bij het koken zonder automaat kunt u de
aankooktijd voor elke situatie apart kiezen.
Schakelaar
stand
Aankooktijd
van de
automaat
1)
[min.]
Gaarkookfase Voorbeelden van de toepassing
Aankoken
Aanbraden
Frituren
Aankoken van grote hoeveelheden vocht,
pasta koken,
aanbraden van vlees,
(hachee aanbraden, gestoofd vlees)
4,5
Sterk braden Biefstukken, lendestukken,
rijfkoek,
braadworsten,
pannekoeken
3,5
2,0
Gebraad Schnitzels/karbonades,
lever, vis,
gehaktballen, spiegeleieren
10,2
Koken
Koken tot 1,5 l vocht,
aardappelen, groente
6,5
4,8
Smoren
Stoven
Wellen
Smoren en stoven van
kleine hoeveelheden groente,
wellen van rijst en
melkgerechten
1,7
1,0
Smelten Boter smelten,
gelatine oplossen,
chocolade smelten
0,5
Warm houden
Spijzen warm houden
Wij raden u aan, de schakelaar bij het
aankoken of aanbraden in de
aankookstand „ “ te zetten en spijzen
met een langere gaarkooktijd vervolgens
in de desbetreffende gaarkookstand
gaar te laten worden.
Comentarios a estos manuales